Recept: Appeltaart

 Deze taart heb ik nu al een aantal keer gemaakt en is elke keer weer een groot succes. Daarom wil ik dit recept graag met jullie delen. Maar let wel op; het is appeltaart op míjn manier, dus geen standaard appeltaart.

 
 
 
Ik vind deze taart lekker omdat hij zo lekker zoet is. Het deeg is lekker hard en de appels zacht, heerlijk die structuur! Ook zitten er geen krenten in, want daar houd ik niet van.

Voor een taart van circa 30 cm. heb je nodig:
• Bakblik van circa 30 cm.
• 250 gram bloem
• 200 gram suiker
• 150 gram boter
• Appels; drie van gemiddelde grootte
• Kaneel
• Extra boter om in te vetten
• Eventueel melk en een kwastje

We beginnen met het maken van het deeg, zodat dat even kan rusten. We wegen de ingrediënten af; 250 gram bloem, 200 gram suiker en 150 gram boter. De weegschaal hierboven geeft meer aan, maar je moet het gewicht van het schaaltje natuurlijk ook nog meetellen.

Zo zien alle ingrediënten samen eruit. Ik heb basterdsuiker gebruikt, het maakt niet uit welk soort suiker je gebruikt, het hoeft niet perse heel fijn te zijn. De boter heb ik in kleine stukjes gesneden omdat het zo een stuk gemakkelijker mengt.

Vervolgens prak je het geheel met een vork. Zorg ervoor dat alles goed met elkaar vermengt is en dat er niet meer zulke grote stukken boter in zitten.

En dan nu het ‘vieze’ werkje, we moeten het deeg gaan kneden. Soms is dit deeg perfect kneedbaar, en soms kan ‘ie ook wat kruimelig zijn. Wat je hiertegen doet? Heel simpel; je voegt gewoon wat water toe. Net zolang totdat het deeg goed kneedbaar wordt en je er gemakkelijk een bal van kan maken, zonder dat het deeg weer uit elkaar valt.
Maak een bal van het deeg en zet deze zolang even in de koelkast om te rusten.

Als het deeg in de koelkast ligt te rusten, is het tijd om de oven voor te verwarmen. Je verwarmt de oven voor op 200 graden.

We gaan beginnen met de onderkant van de taart, de appels. Ik heb nogal een aparte werkwijze om appels te snijden zoals je ziet. Voor de buitenkant gebruik ik de dunschiller en met het aardappelschilmesje snijd ik ze in partjes.

Naast de snijplank leg ik twee stukjes keukenrol neer. Hier houd ik de appel boven als ik die schil. Superhandig! Zo kun je het keukenrol gewoon opvouwen als je klaar bent en kun je alles in één keer in de prullenbak gooien. Ook leg ik de gesneden partjes in citroen/sinaasappelsap. Dit mengsel is zuur en zorgt ervoor dat de appels niet gaan verkleuren.

Als de appels eenmaal gesneden zijn, is het tijd om de bakvorm in te vetten. Dit doen we met boter, zo krijg je de stukken taart er bij het serveren gemakkelijker uit.

Oké, eerlijk is eerlijk. Normaal gooi ik de partjes er altijd zo in. Nu had ik zin om ze mooi neer te leggen, natuurlijk ook een beetje voor de foto, haha. Dit werkje hoeft niet zo precies, je moet gewoon zorgen dat het grootste deel van de bodem bedekt is.

Ik heb zelf twee grote appels gebruikt. Je kunt natuurlijk ook meer appels gebruiken als je dat wilt. Normaal doe ik er nu wat suiker en kaneel over, zodat de appels een beetje karameliseren tijdens het bakken, maar dat ben ik vergeten…

Tijd om het deeg uit te rollen! Maak het aanrecht schoon en bestuif deze met bloem. Bestuif ook je roller met bloem en eventueel het deeg. Zo voorkom je dat de roller aan het deeg gaat plakken. Je kunt het deeg zo dik maken als je zelf wilt.

Check nu even of het uitgerolde stuk deeg groot genoeg is voor de taart. Je ziet nu dat het iets te groot is, maar dat maakt niet uit. Beter te groot dan te klein. De uitstekende randen kun je er afhalen en daar kun je eventuele gaten of dunne stukken in het deeg mee opvullen.

En dan nu…. Hoe krijgen we die grote lap deeg op de appeltaart? Heel simpel, je rolt het deeg gewoon om je deegroller heen, legt het deeg op de taartvorm en rolt hem weer uit. Net zoals je ziet op de foto hierboven.

En hier het resultaat wat je daarmee krijgt. Heel gemakkelijk! Je ziet dat nog niet overal genoeg deeg zit, maar dat kun je gemakkelijk aandrukken. Ook kun je er nog losse stukken deeg opleggen en aandrukken. Bij dit soort taarten hoeft dat niet perfect te zijn.

Zo ziet de appeltaart eruit voordat hij de oven ingaat. Ik heb de bovenkant met melk bestreken, zodat de bovenkant mooi bruin wordt. Ook heb ik met een vork een leuk patroontje gemaakt. Oh zo simpel, maar het staat zo leuk!

En dan vervolgens de appeltaart hoe hij uit de oven is gekomen. Omdat ik wat kaneel en suiker was vergeten over de appeltjes, heb ik het gewoon over de bovenkant gedaan. Staat ook best mooi toch?

En nog even een close-up, gewoon omdat dat er zo lekker uitziet. Hmmmm!

Hoe maak jij appeltaart? Op de traditionele manier, op dezelfde manier als ik, of misschien wel heel anders? En hoe vind jij appeltaart ’t lekkerst? Tell me!

Liefs,
Joyce.